Wat heeft zij?

3 september 2018 - Ervy-le-Châtel, Frankrijk

De afspraak (met mezelf) was dat ik pauze zou houden als ik boven was. Volgens Het Boekje was er een café/bar annex alimentation. Deze drie-eenheid werd gerund door een vrouw met vier lange bruine tanden, her en der in haar mond verspreid.

 Ze was heel vriendelijk! 

Op weg naar boven werd ik ingehaald door een racefietser (m) met zo’n mooi pakje aan. Op het pakje stond ‘van der Werf’. We bonjourden. Even later hoorde ik een zoem en ja hoor, daar kwam iemand (v) op een elektrische fiets voorbij. De fiets had zo’n geel nummerplaatje. Ook wij bonjourden. We waren ontegenzeggelijk alledrie  Nederlanders en boven bleken zij ook pauzeplannen te hebben. We zaten, met nog een lange tafel met Fransen, op een levendig terras. En we raakten aan de praat. Zij stonden op de camping en toerden ook fietsend wat rond. Zij was net als ik 66, docente pedagogiek geweest (was eerder gestopt met werken) op de universiteit in Utrecht, en hij was nog steeds kassenbouwer. Het Is net als in de trein: heel snel vertel je heel veel aan elkaar. 

Zij had zo’n strak mutsje op dat ik ook heb sinds de Decathlon. Alleen bij haar kwam er geen haartje onder vandaan. Zou ze kaal zijn? Kanker? Chemo? Maar dat ga ik dan toch niet vragen. Toen viel me ook op dat er een plastic slangetje boven uit haar t-shirt kwam. Zuurstof? Moest ze zo nu en dan zuurstof? Al dat soort gedachtes maar dát dan toch niet vragen. Dat is gewoon te privé.                               

Inmiddels had Peter al mijn fiets geinspecteerd, want hij was er van overtuigd dat ik met een riem reed en niet met een ketting. Mijn ‘kettingverhaal’ was toch niet zo goed begrepen, duidelijk. Hij begreep ook niet dat ik niet met een fietsbroek fietste. “Oh, maar dat doe ik wel, hoor. Maar draag daar gewoon een jurk over” (Wat een item toch elke keer weer, hè?!) “Ik bedoel met een zeemleren kruis” “Ja, zo’n broek!” Maar dat liet ik hem niet inspecteren. En tja, zeemleer is het allang niet meer maar dat blijven we maar zeggen. En die Peter was echt heel aardig, maar zo vreselijk MannenEigenwijs. Nadat we de koffies op hadden stapten we weer op. Ook Peter zette zo’n mutsje op z’n kale kop, voor onder z’n helm. En toen graaide hij onder z’n glimmende t-shirt en haalde daar óók zo’n slangetje vandaan....allebei???? Nee, dat geloof ik niet. “Wat is dat?” vroeg ik. “Dat is om doorheen te praten, zo hebben we ook op de fiets nog contact” “Oooh!” Jeminee, wat beleven we dit fietsen toch allemaal anders. 

Ik praat alleen tegen koeien en paarden als ik op de fiets zit. En niet door een plastic slangetje.

7 Reacties

  1. Jannet de Waard:
    3 september 2018
    Goed verhaal weer Lil. Groeten van Lancine.
  2. Marc:
    3 september 2018
    Hoi Lilian, dank voor je mooie collums. Ik lees ze steeds met veel plezier!!
  3. Lammert Huizenga:
    3 september 2018
    Jouw verhalen zijn voor mij de krenten in de pap s, avonds. Dank daarvoor Lilian
  4. Dia:
    3 september 2018
    Echt super leuk. Hahahaha.
  5. Lilian:
    4 september 2018
    Hee allemaal, wat ontzettend leuk, jullie reacties!!! Doet me goed om zo wakker te worden!
  6. Wil Hendricks:
    4 september 2018
    Hallo Lililan, alweer een mooi verhaal
    Groetjes wil
  7. Mayke:
    4 september 2018
    Haha...